De hoeder van Harderwijk

Voorgaande jaren kwam het steeds niet uit om aan te leggen in Harderwijk. Te dichtbij, of nét te ver. Maar dit jaar lukte het en konden we de nieuwe havens bekijken vanaf het water. Even voorbij de havens staat het monument voor Eibert den Herder. Eibert wie?  

In dit filmpje varen we over de Randmeren langs Elburg en Harderwijk

Lees ook: Aanleggen in Harderwijk

De hoeder van Harderwijk

Een pain in the ass was hij voor de voorstanders van de afsluiting van de Zuiderzee, een luis in de pels: industrieel Eibert den Herder uit Harderwijk. Toch heeft-ie een standbeeld gekregen en dat kunnen niet veel mensen hem nazeggen… Hoe dat zit?

De grote hoed in het monument staat symbool voor de bescherming die Eibert den Herder Harderwijk wilde geven.
Ramp voor Nederland

Eibert den Herder (1876-1950) was groot tegenstander van de afsluiting van de Zuiderzee. Hij vreesde een regelrechte ramp, want hij was ervan overtuigd dat bij stormvloeden de dijken zouden breken, waarna de polderbewoners een verdrinkingsdood wachtte. Bovendien lag de toekomst van de Zuiderzeevisserij en iedereen die ervan afhankelijk was in duigen, vond hij. Ook persoonlijk zou hij consequenties ondervinden van de Afsluitdijk: Den Herder had een vismeelfabriek in de haven van Harderwijk. Na de aanleg van de dijk zou het gedaan zijn met de aanvoer van vis.

Eibert den Herder medio jaren dertig. Foto: Stadsmuseum Harderwijk
Protesten, films en brieven

Met brochures, protestbijeenkomsten, films en brieven bestookte hij politiek en publiek. Den Herder wist veel mensen achter zich te krijgen, tot grote ergernis van de voorstanders van de drooglegging van de Zuiderzee. Maar ondanks alle pogingen van Den Herder en zijn medestanders gingen de waterwerken gewoon door. De sluiting van de Afsluitdijk op 28 mei 1932 betekende het einde van de acties. Niet van die van Den Herder trouwens. Die ging door tot zijn dood in 1950.

Deze promofilm voor het behoud van de Zuiderzee liet Eibert den Herder in 1930 maken door de firma Polygoon-Profilti uit Haarlem

Hoeder van Harderwijk

Behalve strijden tegen de Zuiderzeewerken deed Eibert den Herder zijn best om toeristen naar Harderwijk te halen. Hij maakte zich sterk voor het uitbaggeren van een vaargeul door de zandbank vóór Harderwijk en begon, toen die klaar was, met een veerverbinding met Amsterdam. De schepen van Rederij Den Herder vervoerden ook dagjesmensen langs de Zuiderzeewerken. Den Herder werd hiermee de grondlegger van het toerisme in Harderwijk. Zijn zoons namen het stokje over met de oprichting van het Dolfinarium.

Botters in de haven van Harderwijk. Foto: Zuiderzeecollectie

Waarom moest de Zuiderzee dicht? Hoewel er al veel vaker overstromingen waren geweest was de stormvloed van 1916 de druppel die de spreekwoordelijke emmer deed overlopen. De dijken in Groningen, Friesland, Overijssel, Gelderland, Utrecht en Noord- en Zuid-Holland begaven het en het land overstroomde. Daarnaast was er ook het vooruitzicht van de enorme landaanwinst door inpoldering van delen van de Zuiderzee.

Tragische figuur

Al met al was Eibert den Herder eigenlijk een tragische figuur. Zijn goedlopende vismeelfabriek ging kapot door de afsluiting van de Zuiderzee, de kalkzandsteenfabriek die hij begon om het tij te keren, mislukte. Zijn eerst bloeiende veerdienst, de Holland-Veluwe Lijn, had te maken met moordende concurrentie. Ook in de politiek kwam hij niet goed uit de verf. Toch werd een halve eeuw na zijn dood bedacht dat er een monument voor hem moest komen. In dat monument kreeg de hoed van de industrieel een prominente plek: als hoeder van Harderwijk probeerde Eibert de stad te behoeden voor dijken en polders.

Het derde schip van de Holland-Veluwelijn, Kasteel Staverden, werd in 1931 in de vaart gebracht. Foto: Zuiderzeecollectie
Polderkoorts

Wij kwamen Eibert op het spoor door een vriendelijke buurman die ons het boek Polderkoorts van Emiel Hakkenes uitleende. Het verscheen in 2017, een jaar voordat 100 jaar Zuiderzeewet werd gevierd, met onder meer een festival dat genoemd werd naar Eibert den Herder. De eigenzinnige industrieel zal zich in zijn graf hebben omgedraaid.

Duitse kroonprins op Wieringen

Wie geinteresseerd is in geschiedenis en water raden we dit boek beslist aan. Het staat vol interessante verhalen. Bijvoorbeeld over de herkomst van de dansmuggen, die ons nog steeds teisteren in de omgeving van het IJsselmeer. Over het volstrekte gebrek aan compassie met de inwoners van het oude land. En over de Duitse kroonprins Wilhelm, die na afloop van de Eerste Wereldoorlog een tijdje in ballingschap zat op het eiland Wieringen, waar op dat moment de inpoldering al aan de gang was.

Je kunt het gewoon in de boekhandel bestellen. Het ligt niet in de museumwinkel van het Zuiderzeemuseum, constateerden wij toen we afgelopen zomer aanlegden in Enkhuizen. Was de schrijver te kritisch over de Zuiderzeewerken? Of was het gewoon toeval?

Assen, update augustus 2020

Marieke Rosier

Bronnen: Omroep Gelderland/Historiek.net/boek Polderkoorts van Emiel Hakkenes/Harderwijksezaken.nl

Blog: Rondje Dordt

Met de boot lig je vaak op de mooiste plek van de stad. Jachthaven Maartensgat in Dordrecht is zo’n plek. Schilderachtig gelegen, aan de voet van de Grote Kerk. De klok slaat vijf als we binnenvaren. Een mooie tijd om een stadswandeling te maken!

De oudste stad van Holland telt 1600 monumenten lees ik op internet.

We willen ze allemaal zien!

Ik tik op Google ‘stadswandeling Dordrecht’. Stadswandelingen genoeg! Eerst naar de VVV.  Die is gesloten. Natuurlijk. Het is zaterdagavond en op zondag is-ie ook dicht.

Maar op de website is vast wel een stadswandeling te vinden!

Na een muisklik of vijf krijg ik een kaartje met zeven historische plekken. Dat is alvast wat. Ik zoek verder op de website. De stadswandeling staat vast op de pagina Zien & Doen!

Huh? Duurzaamheidscentrum Weizicht? Een moestuin bij Villa Augustus? Een tapasbar? Ik wil gewoon een stadswandeling! Ik zoek verder. En dan vind ik het:

Stadswandelingen op te halen bij de balie van de VVV…

Maar de balie is dicht! En morgen varen we verder! Een andere website dan?

Zucht…
112 euro… met een groép! We zijn maar met z’n tweetjes!?

Dan gaan we zélf wel op zoek naar de highlights van Dordrecht. We stappen van boord. Yes! Een wegwijzer. Mét:

Helaas. Halverwege de Nieuwe Haven houden de Rondje-Dordt-bordjes op. We lopen nog een stukje verder en stappen zomaar een straatje in. We komen langs het stadhuis. En het pand van de Gulden Os aan de Groenmarkt. En dan zijn we ineens weer bij de jachthaven.

Moeten we nog niet even terug? Ik twijfel. Maar m’n voeten doen zeer en een koud biertje lonkt.

De volgende dag varen we wat teleurgesteld verder. Richting Biesbosch, langs de kade van Dordrecht. ‘Stop!’ roep ik. ‘Dáár zijn we helemaal niet geweest!’

De Groothoofdspoort in Dordrecht - De Canicula

De kapitein zegt, met de-blik-op-vooruit:

“Een hele goede reden om terug te komen”

Een uurtje later varen we de Biesbosch binnen. We kijken rond in het bezoekerscentrum. En dáár zie ik ze liggen. Stápels.

Ik neem er alvast eentje mee. Voor de volgende keer.

Dit stukje is bijna klaar als we in Culemborg aankomen. Na betaling van het havengeld geeft de havenmeester van jachthaven De Helling me een tasje. Het zit vól met informatie over de historische stad. En een stadswandeling. Na het eten maar es even een ommetje doen! 

Lees ook: Aanleggen in Dordrecht

UPDATE

Inmiddels zijn we vaker in Dordrecht geweest en hebben we van de havenmeester van jachthaven Maartensgat tássen met informatie gekregen. En: Dordrecht is een prachtige stad om te bekijken!

Blog: Klopjacht op een kapitein

Ik heb me voorgenomen dat dit geen zeurblog wordt!

Ik ga het dan ook niet hebben over douches in jachthavens. Douches waarvan je zeker weet dat de eigenaar van de jachthaven er nog nóóóit onder heeft gestaan. Want anders zou hij er geen euro voor durven vragen. Maar in plaats daarvan geld toe betalen aan z’n gasten.

Gelukkig zijn er ook uitzonderingen! Lees snel verder!

Binnenkort word ik 51 jaar. En al klinkt dat oud (is dat zo?), het is eigenlijk te jong voor Bob Evers.

Bobwie?

In het holst van een stormachtige nacht zitten Arie, Bob en Jan op een motortjalkschip, piekerend over een goudschat…

Bob Evers uit Amerika en zijn Nederlandse vrienden Arie Roos en Jan Prins, de hoofdpersonen in de spannende-boeken-serie van Willy van der Heide. De serie verscheen halverwege de vorige eeuw. Ook in mijn jeugd al belegen dus. Toch las ik de boeken helemaal stuk. Zo spannend!

De schat is ingepikt door een bende onder aanvoering van een man die zich ‘de kapitein’ noemt… 

Terug naar de douche.

Jachthaven Lunegat in Dokkumer Nieuwe Zijlen heeft een super sanitairgebouw, waar je met plezier een euro (ja zelfs wel twee) uitgeeft voor de douche. In dat heerlijk verwarmde gebouw staat ook een boekenkast. Je zet er een boek in en haalt er een boek uit. Geweldig systeem. En ja, je raadt het al, ik pakte:

Er volgt een klopjacht op de kapitein om de schat terug te veroveren. Dat lukt! ‘Wa… wat is dat?’ ‘Goud’, zegt Bob ongeduldig. ‘Wat dacht jij dat het was, jou zeekoe? Plutonium? Drop?’

Ik lees een stukje voor aan P. Die kijkt verstrooid op van z’n Volkskrant-puzzel en zegt ‘Ik ben toch de kapitein? Hij heeft duidelijk niet mee gekregen waar het over gaat. Ik schiet in de lach.

Pas maar op dat Arie, Bob en Jan niet achter jou aan gaan zitten, hier in de haven van Zoutkamp! Al had ik dat wel eens willen zien! 

Blog=Bravo Lima Oscar Golf

Vandaag gaat P. naar Zwolle. 

Niet met de boot. Wel vóór de boot.

Hij gaat naar de Vamex. Voor het marifoon-examen. Pas als je dat hebt gehaald mag je communiceren met sluiswachters enzo. Niet dat het nodig is. De Canicula is te klein voor een verplichte marifoon. Maar het kan wel handig zijn.

Als je moederziel alleen voor een sluis ligt en geen idee hebt of ie wel of niet bediend wordt.

P. bestudeert daarom al wekenlang het lesboek en oefent proefexamens. 

 

Ik blijf dus thuis. Maar ik ga véél liever mee. Want thuis wacht een heel vervelend klusje….

Het houtwerk van de dakgoten moet schoon! Bah!

Vooral als je zo’n mooie, maar bewerkelijke dakgoot hebt als wij… Met heel veel tegenzin beklim ik de ladder. Op-en-neer, op-en-neer. Het houtwerk is zo vies dat ik na elke twee meter schoon poetswater moet halen. Heen-en-weer. Heen-en-weer.

Mijn chagrijn groeit met elke centimeter. Toch dwing ik mezelf door te gaan. Halverwege de goot passeer ik de leipeer.

Drie dagen geleden één witte bloesempracht, nu is ie alweer groen.

Als ik bij de boom ben aangekomen valt mijn oog op de uitgebloeide bloemetjes. 

Hele kleine peertjes! Mijn humeur wordt op slag beter. Op dat moment rinkelt m’n mobiel in mijn broekzak. In m’n haast ‘m op te nemen kukel ik bijna van de trap.

P. is geslaagd! Hoera!

Victor Romeo Oscar Lima India Juliett Kilo Papa Alfa Sierra Echo November  

In gewone mensentaal: vrolijk Pasen!

Blog: De Marker Wadden, waterplanten en een hel van een tocht

Honderden mensen hebben afgelopen week hun stem uitgebracht op de Marker Wadden. Een leuke stunt van Natuurmonumenten, die iedereen op deze manier alvast de gelegenheid gaf een kijkje te nemen bij het nieuwe eilandenrijk op een paar kilometer afstand van de Houtribdijk, de weg tussen Lelystad en Enkhuizen. Wat mij betreft de mooiste weg van Nederland, maar dat even terzijde.

De Marker Wadden op een ontwerptekening van ©Vista. Op de achtergrond de Houtribdijk.

Maar waarom worden die eilanden eigenlijk aangelegd? Hier het verhaal van onze tijdelijke buurvrouw in de jachthaven van Muiden, afgelopen zomer. Ze was even voor ons met man en zoon aangekomen. We lagen nog maar net vast toen ze begon te vertellen. Want ze hadden die dag een hel van een tocht gehad.

Als redelijk onervaren bootjesmensen hebben wij vanuit Friesland nog nauwelijks het IJsselmeer bevaren. Even snel van Workum naar Hindeloopen, of iets verder, van Stavoren naar Makkum. Met mooi weer, niet te veel wind en veilig langs de kust. Natuurlijk lonkt de overkant. Doen we volgend jaar, beloofden we onszelf afgelopen zomer. Gaan we lekker van Lemmer naar Enkhuizen, via de sluis het Markermeer op. Dan op familiebezoek in Hoorn en daarna nog een visje eten in Volendam. Heerlijk toch?

Totdat we die dag in Muiden het verhaal van onze tijdelijke buren hoorden. Nuchtere Friezen uit Makkum. Ze hadden een nachtmerrie beleefd tijdens hun vaartocht van Volendam naar Muiden. Hun boot was steeds langzamer gaan varen, totdat ze nauwelijks meer vooruit te krijgen was. Een paar keer achteruit slaan hielp maar voor heel even.

Naast, voor en achter hen werden onbestuurbaar geworden boten weggesleept door reddingboten.

Die lagen alvast klaar om watersporters te hulp te schieten. Zelf slaagden ze er nog maar net in met een slakkengang en klotsende oksels Muiden te bereiken. De oorzaak: grote trossen waterplanten in schroef en roer.

Wat is er aan de hand? Met de aanleg van de Afsluitdijk en de Houtribdijk is de natuurlijke balans van het Markermeer verstoord. Daardoor zijn er bijna geen vissen en schelpdieren meer. Dat is niet goed voor de trekvogels, maar ook niet voor de waterkwaliteit van het Markermeer. Het water is namelijk zo schoon dat de zon er gemakkelijk doorheen schijnt en de waterplanten tegen de klippen op groeien.

[stextbox id=”info” defcaption=”true” shadow=”false”]Wat feiten op een rij:

  • De aanleg van de Marker Wadden kost 75 miljoen euro
  • Het gaat om vijf eilanden van samen 750 hectare
  • Het eerste eiland, dat bestemd is voor bezoekers, kost 50 miljoen euro
  • Daar komen een jachthaven, een wandelpad en een strand
  • De overige vier eilanden zijn voor de natuur
  • Mogelijk komen er in de toekomst nog drie eilandengroepen bij
[/stextbox]

Gelukkig zijn inmiddels maatregelen genomen om het water weer wat viezer en minder aantrekkelijk voor waterplanten te maken. Er zijn gaten in de dijk gemaakt om zouter water uit het IJsselmeer binnen te krijgen en de Marker Wadden worden aangelegd voor meer vogels en vooral ook meer vogelpoep. Die poep moet het water troebel maken, zodat de zon er minder gemakkelijk door heen schijnt.

Pleisterplaats Marker Wadden voor meer vogels en vooral meer vogelpoep. Foto: Straystone Fotografie.

Maar deze zomer wordt het nog niet beter. We spraken tijdens Boot Holland 2017 in Leeuwarden met een vertegenwoordiger van Toeristisch Enkhuizen. “Het Markermeer op? Niet doen!”, was zijn boodschap. Jammer. Het had ons juist zo leuk geleken om dit jaar met de Canicula op familiebezoek te gaan in Hoorn. Voor ons, en voor vele watersporters met ons, zou het mooi zijn als het Markermeer in 2018 weer veilig is om te bevaren en we de opening van de haven van de Marker Wadden per schip mee kunnen maken. Want wat ziet het er schitterend uit!

Foto: Holland Luchtfotografie.
De toekomstige haven van de Marker Wadden. Foto: Holland Luchtfotografie.
Marker Wadden geprojecteerd over Amsterdam. Tekening: ©Vista/Natuurmonumenten. Het eilandenrijk wordt 800 hectare groot.
Een historisch moment: een eerste stuk van de Marker Wadden komt boven water door opgespoten slib vanuit baggerschip Edax van Boskalis. Foto Marten van Dijl/Natuurmonumenten.
Een detail van bovenstaande foto, het opspuiten van het eerste stukje Marker Wadden. Foto: Marten van Dijl/Natuurmonumenten.

Blog: Het kleinste vissersdorp van Europa

Varen is leuk. Alleen al omdat op het water al je dagelijkse beslommeringen als sneeuw voor de zon verdwijnen. Maar varen is vooral ook leuk omdat je op plaatsen komt waarvan je nog nooit hebt gehoord. Laaksum bij Stavoren is zo’n plek waar we afgelopen zomer zomaar ineens terecht kwamen. Het wordt in de volksmond het kleinste vissersdorp van Europa genoemd. Dat geloof ik meteen.

Volgens Wikipedia is Laaksum is bekend om de vangst van Laaxumer bot. Dat is een soort platvis. Er staan er elf huizen en een boerderij. En er staat een schuurtje om te vallen. Maar de belangrijkste trekpleister van Laaksum is toch wel de haven. Er ligt een (1) vissersboot en een halve boot ligt naast de haven als een soort monument. De geschiedenis vouwt zich om je heen.

Het (halve) houten schip op de voorgrond doet het niet meer. Achteraan ligt het laatste vissersschip van Laaksum, de HL6.

Om in de sfeer te komen bekijk ik een docu van Omrop Fryslan. De reportage is gemaakt voor het honderd-jarig bestaan van de haven in 2012. Bestaat die haven nog maar honderd jaar, denk ik dan, en voordat ik het weet ben ik via het internet verzeild in het jaar 1632 toen de Laaksumer vissers een natuurlijke inham bij Mirns als haven gebruikten. Ik zal jullie daar verder niet mee lastig vallen.

Wat ik wel ga vertellen is dat blijkt dat ik afgelopen zomer, in mijn haast om een mooie foto van de haven te maken, het omvallende schuurtje helemaal over het hoofd heb gezien. En laat dat nu het meest besproken gebouwtje van heel Laaksum zijn!

Het is de Hang, een voormalige zoutloods, die in 1925 werd gebouwd om aal te zouten en te roken. Ook werd er vis verhandeld. De loods is bijzonder, want gebouwd van kalksteen en mag daarom niet worden gesloopt. Jarenlang is gesteggeld over de bestemming van het monument.

De historici in de omgeving hadden er graag een vissersmuseum in gezien, maar de politici hebben anders beslist: er komt een viswinkel.

Wat ik nu hartgrondig hoop is dat wanneer we de volgende keer in Laaksum zijn, de Hang helemaal is opgeknapt en dat de beroemde Laaxumer bot in de schappen ligt. Blank en niet grondig van smaak zoals andere soorten bot, want gevangen op de harde – niet modderige – bodem van het Vrouwenzand voor de kust van Stavoren.

By the way: min of meer toevallig kwamen we dit weekeind vlak langs Laaksum. Daarom toch nog een foto van de Hang.

Dit gebouwtje achter het monumentje lijkt rijp voor de sloop, maar wordt verbouwd tot viswinkel.
En omdat we er toch waren ook nog een extra foto van de HL6, het laatste vissersschip van Laaksum.

Blog: hoe koop je een boot in Duitsland?

We hadden ‘m al twee keer bekeken, de Sollux 27 die te koop lag in Grouw en op 2 april trokken we de stoute schoenen aan: we gingen ‘m kopen. Hoeveel zullen we bieden, vroeg P. onderweg in de auto. Maar we waren net te laat, de boot was verkocht…. De teleurstelling was groot. En evenals alle voorgaande avonden ging P. ’s avonds weer alle websites met boten te koop langs. De volgende ochtend, het was een zondag, kwam P. triomfantelijk naar beneden, met de mededeling:

“ik heb ons bootje gevonden! En ik heb ook al gezegd dat ik ‘m wil kopen!”

Een klein puntje: het schip lag in Bremen. En hoe koop je een boot in Duitsland? Gelukkig bleek dat allemaal niet zo ingewikkeld. We hebben er een taxateur op los gelaten, die was uiterst complimenteus over de Canicula en voordat we het wisten voer de boot met een ingehuurde schipper richting Nederland. Na twee dagen kwam de Canicula aan in Emden, waar wij aan boord konden stappen en met z’n drieën ging het de Eems over richting Delfzijl. Daar stapte de schipper op de trein en wij gingen via Appingedam, het Eemskanaal, het Van Starkenborghkanaal, het Reitdiep, Dokkumer Nieuwe Zijlen en Leeuwarden verder Friesland in. Op naar de thuishaven.

De thuishaven van de Canicula